Een naaste voor anderen

Hoe krijg je deel aan het eeuwige leven?
Kun je dit verkrijgen door de wet strikt na te leven?

Een wetgeleerde (dit was een leraar van de wet) komt bij Jezus met een vraag om hem op de proef te stellen.
De vraag betreft zijn eeuwige bestemming.

Lucas 10.25
Er stond een wetgeleerde op,
die Jezus met een strikvraag in de val wilde laten lopen.
Hij zei: “Meester, wat moet Ik doen om het eeuwige leven te krijgen?”‭

Tja… Hoe krijg je deel aan het eeuwige leven?
▪︎ Kun je dit verkrijgen door de wet strikt na te leven, zoals de rabbijnen in Zijn dagen leerden?
▪︎ Of heeft Jezus misschien een aanvulling op de wet?
▪︎ Of misschien wil Hij zelfs wel delen van de wet vervangen?

Lucas 10:26
Jezus zei tegen hem:
(Hier staat letterlijk Jezus nam de grond onder hem weg)
“Wat staat er in de wet ‭van Mozes‭?
Wat lees je daar?”‭

Jezus wijst hem op de wet, die we vinden in de boeken Genesis tot en met deuteronomium. (Deuteronomium 6:5, Leviticus 19:18)

Lucas 10:27
Hij antwoordde:
“Houd van de Here God met je hele hart
en je hele ziel en alles wat je hebt en je hele verstand.
En houd ook net zoveel van je naasten als van jezelf.”‭

Het oude woord ‘naaste’ betekent eigenlijk ‘familielid’.
Maar in het algemeen werden met de ‘naasten’ alle mensen van het volk Israël bedoeld.
Zij zijn familie van elkaar doordat ze dezelfde voorvader hebben.

De wetgeleerde vindt dat je eeuwige bestemming alles te maken heeft met de relatie die je met de Heer hebt, en (onlosmakelijk daaraan verbonden) de relatie tot je naaste.

Lucas 10.28
Jezus zei tegen hem:
“Je hebt een goed antwoord gegeven.
Doe dat, dan zul je leven.”‭

Dan reageert de wetgeleerde op dit antwoord zoals veel mensen nu ook nog doen. Hij stelt een nieuwe vraag.
“En wie is mijn naaste?” (Lucas 10:29)
En daarmee dus ook “En wie is mijn naaste niet?”
Met andere woorden: “Waar ligt de grens?”

Heel wat gelovigen hebben helaas meer behoefte om over dingen van God te praten en te discussiëren, dan dat hun verlangen er naar uitgaat om daadwerkelijk Christen te zijn.
Ze reageren daarmee net als deze wetgeleerde, die de waarheid van het liefhebben van God en zijn naaste wel aan anderen doorgeeft, maar niet op zichzelf toepast.

Door middel van een gelijkenis maakt Jezus hem en ons duidelijk dat we niet moeten theoretiseren over de vraag, wie wel of niet onze naaste is, maar dat we zélf een naaste moeten zijn voor anderen. (Vgl. Lucas 10:26-28 en Mattheüs 7:12)

Lucas 10:36-37
“Wat denk je. Wie van deze drie mensen is nu een broeder geweest voor de man die door de rovers was overvallen?”
De wetgeleerde antwoordde: “De man die goed voor hem is geweest.” Jezus zei tegen hem: “Ga, en doe hetzelfde.”‭

Sommigen redeneren dat de priester en de leviet uit de gelijkenis vermoedelijk dienst hadden gedaan in de tempel in Jeruzalem en nu terugkeerden naar hun woonplaats Jericho.
Wellicht hebben ze gedacht dat de man op de weg misschien al dood was en waren zij bang zich te verontreinigen? Want door het aanraken van een dode zouden ze ‘onrein’ worden. Mogelijk dat zij hem daarom niet wilden aanraken om te kijken of hij misschien toch nog leefde. En vonden ze hun eigen ‘reinheid’ belangrijker dan de zorg voor een zwaargewonde.
Of waren zij mogelijk bang dat de rovers misschien nog in de buurt waren, en wilden zij die plek daarom zo snel mogelijk voorbij? En vonden ze hun eigen ‘veiligheid ’ belangrijker dan de zorg voor een zwaargewonde.

Dit soort redeneringen komen uit de zelfde geest voort als vragen wie de naaste is (Lucas 10:29)

Belangrijker echter dan de vraag waarom zij niet hielpen, is het feit dát zij niet hielpen.
Maar een door Joden gehate Samaritaan (Vgl. Lucas 9:51-56) doet wél, wat zij hadden moeten doen.

Jezus is hier op aarde onze naaste geweest bij uitstek. Hij heeft onze grootste nood, onze zonden, op Zich genomen. Om ons te maken tot mensen die Zijn voorbeeld volgend, de naaste zijn voor anderen (Johannes 3.16)

Denk hier eens over na: Voor wie kan jij vandaag een naaste zijn?

Gebed suggesties:

▪︎ Vraag God je geest en je wil zo te vormen dat je zult gaan lijken op zo’n Samaritaan waar iedereen op neerkijkt, maar die doet wat Hij wil.
▪︎ Vraag God je het zelfde medeleven te geven voor hen die jouw zorg, of hulp nodig hebben als de Samaritaan uit deze gelijkenis.
▪︎ Vraag God je handen te nemen en ze sterk te maken, zodat ze trouw en vaardig zullen zijn tot Zijn werk.

~~~~~

Internet http://harryschoemaker.nl
~
ENGLISH
Read more of these messages at: https://devotionals.harryschoemaker.nl
It is a pity that my pages, and the group on Facebook have been deleted
~
NEDERLANDS
Lees meer van deze berichten op: https://overdenkingen.harryschoemaker.nl
Het is jammer dat mijn pagina’s, en de groep op Facebook verwijderd zijn.

Het Gezin

Degenen die de wil van de Vader doen behoren tot het huisgezin van God.

Mattheüs 12:50
Want zo wie den wil Mijns Vaders doet, Die in de hemelen is, dezelve is Mijn broeder, en zuster, en moeder.

Jezus zei hier eigenlijk dat degenen die de wil van Zijn Vader doen tot het huisgezin van God behoren.
Een gezin is een groep personen die verenigd zijn door de banden van huwelijk, bloed of adoptie, die een enkel huishouden vormen en met elkaar omgaan in hun respectievelijke sociale posities.

Wanneer je de wil van God doet, ben je aan Zijn gezin verbonden door het bloed van Jezus.
Eens waren we niet van God, we stonden zelfs vijandig tegenover Hem en tegen alles wat Hij ons aanbood. We verzetten ons zelfs tegen het aanbod van God om Zijn geadopteerde kinderen te worden.
Maar nu, als u Hem aangenomen hebt, ligt het binnen uw bereik om Gods kind te worden en één te zijn met allen in Zijn koninklijk huishouden.

Johannes 1:12
Maar zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht (het recht) gegeven kinderen Gods te worden, die in Zijn Naam geloven.

Wat een geweldige zaak is dat. Dat we zelfs in Zijn gezin zijn uitgenodigd, zodat we de almachtige God onze Vader kunnen noemen, en niet alleen Hem Vader noemen, maar dat Hij het ook echt is.

Het is alleen vanwege Jezus dat deze weg naar de Vader nu voor ons toegankelijk is.

Johannes 14:6
Jezus zeide tot hem: Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door Mij.

Jezus, de Christus, is echt de weg, de waarheid en het leven, en niemand kan naar de Vader gaan dan alleen door Hem.

Ik las in een artikel dat Jezus, door dit te zeggen, het gezin opnieuw definieerde in relatie tot Gods wil. Maar dit is niet correct.
Ze zeiden dat het gezin meestal wordt gezien als een groep mensen die aan elkaar verwant zijn. Maar nu zegt Jezus dat iedereen die de wil van God heeft tot de familie behoort, ook al hebben ze geen relatie.
De schrijver van dit artikel zag echter niet in dat de verwantschap, de relatie van zijn gezin bestaat
▪︎ in het behoren tot God,
▪︎ door het samen volgen van de Christus,
▪︎ door het met elkaar verbonden zijn door het bloed van Jezus,
▪︎ en in het feit dat we Hem allemaal onze Vader noemen.

Het koninkrijk van God staat alleen open voor hen
▪︎ die de wil van onze hemelse Vader doen,
▪︎ die Hem toebehoren,
▪︎ die deel uitmaken van zijn koninklijke familie.

Beste vrienden, als u zegt dat u een wedergeboren christen bent, maar u doet de wil van God niet, dan behoort u niet tot Gods familie.

Dit zou u moeten aanzetten tot het vinden van Gods wil voor uw leven, zodat u Zijn wil in je leven kunt vervullen. U zult Zijn wil vinden door dagelijks uw Bijbel te lezen en tot Hem te bidden. Vraag God ook om genade om Zijn wil te vervullen.


Internet: harryschoemaker.nl

NEDERLANDS
Lees meer van deze berichten op: https://overdenkingen.harryschoemaker.nl
Volg mij op Twitter: @schoemakerharry
of like mijn pagina “De Wereldwijde Ekklesia” op: https://www.facebook.com/105641897612417

ENGLISH
Read more of these messages at https://devotionals.harryschoemaker.nl
follow me on Twitter: @schoemakerharry,
join my group “The Worldwide Ekklesia” at: https://www.facebook.com/groups/349239882338068
or like my page “The Worldwide Ekklesia” at: https://www.facebook.com/105183107629951